View in English
Inhoud
Elke inhoud wordt vertaald om te communiceren. Of het nu via verbale taal, vormelijke en/of beeldtaal, lichaamstaal, of muziek is of een combinatie ervan: de vertaling gebeurt.
Taal (talen).
Taal bestaat dus in velerlei vormen. De meest gekende en meest gecultiveerde in het onderwijs en de westerse maatschappij is de verbale. Tekenen dat de verbale taal niet alleenzaligmakend is zijn er genoeg. De non-verbale gezichtsexpressies en gebaren bij een gesprek dragen volgens onderzoekers meer dan 55% van de informatie over.(Albert Mehrabian;Nonverbal Communication ; Chicago: Aldine-Atherton, 1972. Mehrabian bevond dat slechts 7 percent van de emotionele inhoud van een boodschap overgedragen wordt door woorden. Ongeveer 38 percent door 'parataal, eigenlijk de stem en ongeveer 55 percent door nonverbale taal, zoals gebaren, houding, gezichtsuitdrukkingen enz. Het is niet gesproken of geschreven taal die betekenis creeert of bevat.) Ook is er het feit dat kunst en muziek in de menselijke geschiedenis een zeer vooraanstaande rol spelen om maatschappelijke en persoonlijke visies uit te drukken. Daarenboven is de beeldcultuur door technische ontwikkelingen en nieuwe media in hoge mate aan het veranderen in de huidige generaties. Jongeren groeien op met nog meer beeldinformatie dan ooit tevoren.
Vormtaal
De vormtaal leer je met vallen en opstaan nog voor je de verbale taal leert. Vormen, objecten zijn hard of zacht, warm, heet of koud, scherp of stomp, agressief, aangenaam, harmonisch, organisch enz. Natuurlijk spelen kleur en textuur hier ook een enorme rol. Zien is het voelen met de ogen, of het horen, of het proeven als je wil. Dit gegeven (dat vormen ons informatie verschaffen) is blijkbaar universeel en overstijgt de verschillende verbale geografische talen. Kleine verschillen zijn cultuurgebonden, bv bij kleuren: zwart wordt gezien als kleur voor de winter in Japan, terwijl in West Europa dit wit of lichtblauw is. De verbale taal is oorspronkelijk waarschijnlijk ontstaan uit deze vormervaring. De klassieke test maluma-takate toont deze synaesthetische ervaring duidelijk aan. Kunstenaars en vormgevers hanteren intuitief en vanuit het gevoel deze vormentaal om hun inhouden te communiceren. Kunstcritici beschrijven meestal kunstwerken en/of vormgeving met deze essentiele vormtaalinhouden.
Voor ons onderzoek zagen we hier een enorme mogelijkheid om de brug te slaan tussen de verbale inhoud en de vormelijke visuele communicatie.
Computer
Computers werken ook met talen. In wezen met nullen en enen als taalelementen, machinetaal noemen programmeurs dit. Programmeertalen zijn ontwikkeld om dit te vertalen naar een meer begrijpbare taal. Essentieel is dat je een computer met taal kan benaderen. Het grote nadeel van een computer is dat hij geen belevingswereld heeft. Dit is een van de grote struikelblokken van artificiele intelligentie. Die belevingswereld aanleren vereist bovendien sowieso een bewustzijn en daar loopt het dan al helemaal fout. Het aanleren van die belevingswereld betekent dan ook een ontzaglijk werk, het invullen van databases enz. Bovendien creeer je een vaste bepaling, wat je niet aanleert zal ook niet begrepen worden. Alleen op wereldvlak samenwerken zou hier een oplossing kunnen bieden (cfr WordNet) om voldoende breed en diep te kunnen werken. Een interessant artikel: Can Computers Think? van Mitchell Waldrop.
De Mierenhoop
Een mierenhoop functioneert met allemaal domme modules (dat veronderstellen we als superieur dier toch). Toch zou je het geheel intelligent kunnen noemen. Zonder dat een centraal brein beslissingen neemt, neemt het geheel toch beslissingen en voert overlevingsfuncties uit. Als we dit model gebruiken voor een computer hebben we geen centraal bewustzijn nodig misschien en kunnen simpele modules die de nodige functies vervullen samen intelligente beslissingen nemen voor het geheel.
Bewustzijn of veel informatie?
Om de voedingsbodem waaruit ideeen en beslissingen voortvloeien te vervangen geven we de computer toegang tot het internet. Met sterke zoekmotoren als Google en Yahoo heeft de computer toegang tot een schrikwekkend aantal pagina's met verbale informatie. Door slimme zoekopdrachten te geven, een combinatie van de inhoud getoetst aan de vormtaalinhouden, kan de computer misschien wel beslissingen nemen.
Prism
Om dit concept te toetsen hebben we Prism ontwikkeld. Dit algoritme steunt op een lijst van kleuren die het programma kent, puur als wetenschappelijke informatie. Deze kleuren staan bepaald in een lijst met HSB waarden waarin elke kleurtint (Hue) beschreven staat binnen het spectrum. Een tweede lijst met inhoudswaarden voor kleuren (vanuit de vormtaalessenties) levert de toetssteen om beslissingen te nemen. Zo staat in deze lijst wat warme en koude kleuren zijn (binnen welke spectrumwaarden ze liggen) en worden ook andere inhoudelijke draagelementen van kleur meegegeven: donker/licht, zacht/hard, enz. Deze lijst is niet exhaustief op dit moment, hier is verder onderzoek nodig om te beslissen wat de basisbegrippen zijn die vormtaalkenmerken in zich dragen. Het algoritme krijgt willekeurige inhouden voorgeschoteld en dient met een kleurpaletvoorstel te komen. De uitgebreidheid van het palet en de manier waarop het voorgesteld wordt is voorlopig door de programmeur bepaalt, de computer kan hier nog geen beslissingen nemen. Tot onze grote verbazing werkt dit principe wonderwel. De voorgestelde kleurpaletten zijn steeds aanvaardbaar en soms zelfs verwonderlijk aanvaardbaar. In de Gallery kan je enkele resultaten zien. Verder onderzoek waar een vergelijking tussen menselijke resultaten en prism-resultaten gebeurt op een objectieve manier, dient verricht. Ondertussen kent Prism alle basiskleuren en zwart/wit. Ook deze lijst is niet exhaustief en kan aangepast worden. Dit is de enige voorgeprogrammeerde kennis die Prism heeft.